biekesblog


zondag 2 september 2018

De toekomst stopt hier

 1979. We staan met de hele klas in een klein bedompt ziekenhuiskamertje. Mijn beste vriendinnetje ligt er al weken te herstellen van een zwaar verkeersongeval. Ze werd opgeschept door een auto terwijl ze de straat overstak. Haar rechterbeen hangt ongemakkelijk omhoog aan een haak, als een Spaanse ham boven de cafétoog. Wij staan bedremmeld op een kluitje, niet goed wetend wat we moeten zeggen. Wat zeg je tegen een onfortuinlijk kind in een ziekenhuisbed, dat net zo goed dood had kunnen zijn?

1981. De kerkklokken luiden lang en luid. Wij stappen in een dubbele rij achter juffrouw M. de kerk binnen, onze ogen op de grijze plavuizen gefixeerd, om niet te moeten zien dat iedereen met roodbetraande ogen staat te snotteren. Vooraan in de kerk staat een witte kist, met daarin wat overblijft van ons klasgenootje Christy. Overreden door een auto toen ze overstak. Naast de kist zitten haar ouders, met gezichten vol bodemloos verdriet. Wij durven niet luidop wenen en geven zakdoeken door.

1986. Er wordt gefluisterd en geweend op de speelplaats van het college. Her en der staat iemand de ogen te deppen met een beduimelde zakdoek. Onze vriendin Vera, waar we al 12 jaar mee op school zitten, is die nacht verongelukt. De auto waarin ze zat verloor de controle over het stuur en belandde tegen een boom. De chauffeur, haar lief, overleefde de crash. Zij niet. Twee ouders en twee zussen blijven sprakeloos achter zonder haar. Ik heb nog lang geen lief, laat staan eentje met een auto en een rijbewijs, maar dat je zomaar van de ene op de andere kan verdwijnen, terwijl het hele leven en al zijn liefde nog voor je liggen, daar kan mijn tienerverstand niet bij.

2018. Mijn oudste zoon, die ik liever zie dan alles wat ik bedenken kan, wil alleen naar school fietsen. Want alleen fietsen is cooler dan voor of achter je moeder aan peddelen, al helemaal als die moeder haar zenuwen niet altijd onder controle heeft en al eens instructies en waarschuwingen schreeuwt. Het is niet ver naar school, zo’n slordige anderhalve kilometer, maar het pad is bezaaid met levensbedreigende obstakels en situaties. Geen fietspaden, geen veilige oversteekplaats voor fietsers, voorbijrazend verkeer. In gedachten zie ik mijn oogappel onder de wielen van een vrachtwagen of op de motorkap van een SUV belanden. Het zijn gedachten die ik niet verwelkom, maar die mij niet met rust laten.

Nergens in Europa sterven meer kinderen in het verkeer dan in Vlaanderen. Dat leidt niet tot ernstige politieke verontwaardiging. Terwijl politici en experten bakkeleien over de onrustwekkende kwaliteit van ons onderwijs, verliezen we elk jaar tientallen kinderen die zich nooit meer zorgen moeten maken over hun niveau, zich nooit meer moeten afvragen of ze in de toekomst zullen excelleren. Hun toekomst stopt abrupt, ergens op een steenweg of een dode hoek. Niet omdat dat onvermijdelijk is, maar omdat we weigeren er iets aan te doen. Schuldig verzuim waar geen enkel valabel excuus voor bestaat.

1 opmerking:

  1. De Klimaatzaak voert een rechtszaak tegen het beleid van de Belgische overheden inzake klimaatverandering.
    Ik vraag mij af of zo'n juridisch strategie ook zou kunnen werken op het vlak van de verkeersveiligheid in België.

    BeantwoordenVerwijderen