Seksisme is een hip topic. Tenminste als je de media wenst te geloven.
En wensen we niet allemaal de media te geloven, gewoon voor het gemak, omdat
vertrouwen meestal aangenamer en beter voor de gemoedsrust is dan wantrouwen?
De docu “Femme de la Rue”, afstudeerproject van
cineaste Sofie Peeters, ging uitgebreid over de tongen en oogstte
uitgesproken en vaak heftige reacties.
Het thema (“Seksime en sexuele intimidatie op straat
in Brussel”) werd prompt dankbaar in beslag genomen en uitgebuit door zowel rechts
als links, voor zover die termen nog veel inhoud dienen.
Alles is vast al gezegd en geschreven en ik heb niet
de pretentie daar iets substantieels aan toe te kunnen voegen.
Bovendien bleek een aanzienlijk deel van de respons van dermate laag
allooi dat ik ze graag en gretig vergeet.
Twee dingen echter vielen mij in het bijzonder op:
1. De arrogantie die mensen al te vaak vertonen
wanneer ze voor anderen menen te moeten uitmaken wat die anderen als
bedreigend, storend of beledigend mogen ervaren. Met goedmoedig relativerende
gemeenplaatsen alla “Ach, het is vast allemaal zo erg niet.” Of “Mogen we nu al
niet meer naar de vrouwtjes kijken en hen complimenten geven?” geven
mensen aan weinig of geen begrip te kunnen opbrengen voor het feit dat veel
vrouwen en meisjes zich dagelijks in hun vrijheid belemmerd en aangetast
voelen. Wie zich ergert aan gratuite opmerkingen op straat is een flauwe trees,
niet assertief of gewoon preuts. Wie zich onveilig voelt overdrijft.
Nu heb ik persoonlijk nog maar weinig last
ondervonden van grove vrouwonvriendelijkheid (iets waar mijn aura
van ambetant wijf met grote bek en mijn notoire vuurspuwende
blik vermoedelijk voor iets tussenzitten). Maar dat betekent niet dat ik
niet kan begrijpen of inzien hoe intrusief en ronduit aanvallend
dergelijk ongewenst gedrag kan zijn, zeker voor wie het dagelijks moet
ondergaan.
Die hele houding van “Het is allemaal zo erg niet.”
doet me wat denken aan de manier waarop veel goedbedoelende
ouders/grootouders/verzorgers reageren met “Het is niks.” of “Het is niet erg.”
wanneer een kind valt of zich stoot. Alsof de pijn of de schrik van het kind
niet legitiem zou zijn . Alsof een kind zelf niet mag en kan bepalen wat hij of
zij erg vindt.
Betutteling is meestal goedbedoeld, maar mist elk
troostend of helend effect. Bovendien geeft het gesus de boodschap mee dat je
vooral niet op enige empathie hoeft te rekenen en dat je gevoel geen
bestaansrecht heeft.
2. De voorspelbare, maar desondanks schokkende
suggestie dat meisjes en vrouwen dat soort vrouwonvriendelijk gedrag uitlokken
door “met een air op straat te lopen” (ik citeer maar wat), zich
uitdagend te kleden of in de "verkeerde" buurten rond te hangen.
Vrouwen worden anno 2012 dus geacht in coltrui en
lange broek en met de blik zedig neerwaarts gericht over straat te schuifelen,
en dan nog enkel in de "juiste" buurten (hoe lang voor iemand een app
bedenkt die een actueel overzicht biedt van wat dan precies de geschikte
buurten zijn om in rond te lopen). Anders gedragen ze zich blijkbaar
aanstootgevend en geven ze aanleiding tot grof taalgebruik, gescheld en
intimidatie. Niet in Pakistan, Afghanistan of Iran, maar in het hart van
vrij en democratisch Europa. Zozo. Een zelfzekere houding, luchtige
zomerkleding en gewoon onbezorgd en goed in je vel over straat huppelen is
voorbehouden aan personen van het mannelijke geslacht, zo blijkt. Daar
zijn dus ettelijke decennia vrouwenstrijd aan voorafgegaan, aan dat
soort diepe en doordachte conclusies. Een vrouw zou van minder moedeloos
worden.
Ik spreek me niet uit over hoe we dit soort seksime
dienen aan te pakken. Repressie lijkt me zinloos en zelfs
contraproductief. Bovendien zit seksisme zo diep verankerd in de samenleving
(niet enkel de islamitische), dat het complexe en doordachte
langetermijnstrategieën vereist, geen oorlogstaal.
Maar ik moet bekennen: ik ben pessimistisch gestemd.
Het ziet er niet naar uit dat dat pessimisme weldra de benen neemt. Zolang
mensen als Paul Van Driessche straffeloos collega’s mogen bepotelen en
intimideren en daarvoor beloond worden met een nieuw en royaal betaald postje
zie ik weinig reden tot optimisme. Zolang we het normaal vinden dat
meisjes én jongens van veertien zich spiegelen aan de denigrerende
pornocultuur die de jongerencultuur doorspekt en zelfs domineert ben ik weinig
hoopvol.
We zijn terecht geschokt door de gewelddadige moord op
een aantal homo’s, maar vergeten dat er jaarlijks duizenden vrouwen
aangevallen en verkracht worden, niet zo zelden met de dood tot gevolg. Alles
went, helaas.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten