Het is een terugkerend fenomeen: om de zoveel
tijd wordt er gul gestrooid met termen als verloedering, wanneer we het over
ons onderwijs hebben. Het lijkt wel alsof de teloorgang van de menselijke soort en ontwikkeling achter elke straathoek loert.
De strijd wordt uitgevochten alsof er maar twee rivalen
zijn: vaardigheden enerzijds, kennis in de andere hoek van de ring. Een
vaardigheid is het vermogen om een handeling uit te voeren of een probleem op
te lossen. Jezelf vlot kunnen uitdrukken is een vaardigheid. De essentie uit
een tekst of betoog kunnen halen is er ook een.
Dat vaardigheid en kennis
idealiter samengaan als yin en yang, dat klinkt vanzelfsprekend, maar dat is
het allerminst.
Kennis, ‘algemene kennis’ om precies te zijn, wordt maar al
te graag en gretig omschreven. Enige consensus lijkt echter verder af dan ooit.
Wat is nu eigenlijk ‘algemene kennis’, Wanneer is iets algemeen? Wanneer is
bepaalde kennis essentieel? En bestaat dat eigenlijk wel, algemene kennis die
voor iedereen even essentieel is? Heeft het ooit bestaan? Is het een
realistische verwachting dat we iedereen dezelfde basiskennis kunnen meegeven
wanneer we er niet in slagen om een consensus te bereiken over wat nu echt
algemene en dus essentiële kennis is?
Het debat laaide hoog op de afgelopen weken, toen bleek dat
– oh onthutsende ontdekking – onze aspirant-leerkrachten Kris Peeters niet
herkenden en de Atlantische Oceaan niet wisten liggen.
Hele essays werden er bijeengepend over het heikele thema.
Kranten en tijdschriften stonden er bol van.
Met een vergrootglas baande ik me een weg doorheen de
wildgroei aan argumenten en meningen omtrent onderwijs en kennis, op zoek naar
dat ene woord, waar elk leren onlosmakelijk mee verbonden is: motivatie. Het
stond er nergens.
Ik vind het bizar. Moord en brand schreeuwen dat ze niks
meer weten, onze verloren jeugd, maar vervolgens niet ernstig onderzoeken hoe
dat komt.
Het ligt voor de hand om te roepen dat het onderwijs en de
leerplannen an sich gewoon tekort schieten. Alsof leraars Aardrijkskunde abrupt
zijn gestopt met aan hun pupillen tonen welke de zeeën en oceanen zijn
en waar die zich bevinden op de wereldkaart. Alsof leerkrachten P.A.V. en
maatschappijleer niet uren, dagen, weken bezig zijn met Het Nieuws analyseren
samen met hun leerlingen, met de structuur van België voor hen uittekenen.
Alsof iemand stiekem gniffelend de leerplannen verscheurde en ze verving door
de lezersrubriek van Joepie. Dat gelooft toch geen weldenkend mens?
Wie het onderwijs van dichtbij meemaakt(e) zal het erover eens zijn
dat er niet zo bijster veel veranderd is in de aanpak
van het onderwijzend personeel. Oceanen, hoofdsteden en namen van ministers uit het hoofd leren
behoort nog steeds tot de reguliere onderwijsgebruiken.
Veel onderwijscommentatoren hebben volgens mij in geen
tijden een klaslokaal, een leraarskamer, laat staan een leerling van dichtbij
gezien.
Wat maar weinigen in het debat durven gooien is dit: het
maakt niet uit hoeveel leerstof en kennis je in de hoofden van kinderen
probeert te proppen. Niets garandeert je dat die kennis daar ook blijft zitten,
ergens in een makkelijk te vinden hoekje, instant toepasbaar. De waarheid is
dat je kinderen niet zomaar meer wijsmaakt dat je de waarheid en de wijsheid in
pacht hebt, dat je ze niet langer zomaar overtuigt van het belang van wat je ze
vertelt. Waarom zouden ze geloven dat ze zonder een degelijke kennis van het
Frans echt verloren zijn terwijl ze vaststellen dat de hele wereld Engels spreekt?
Waarom zouden ze aannemen dat het belangrijk is om Afghanistan te kunnen
aanduiden op een blinde kaart terwijl hun eigen ouders niet eens weten waar dat
ligt en toch een normaal leven leiden? Waarom zouden ze geloven dat een goed
diploma hen een degelijke en vaste job zal opleveren terwijl ze overal om zich heen
het tegenovergestelde zien?
Motivatie is een doorslaggevende factor voor elk leerproces.
Motivatie gaat over de wil om een doel te bereiken. Het soort motivatie dat de
grootste slaagkans biedt komt van binnenuit (intrinsieke motivatie) Het leren
is dan een doel op zich. De motivatie om te leren ontstaat idealiter vanuit een
behoefte tot zelfontplooïng. Uit heel wat ernstig onderzoek naar intrinsieke
motivatie en leren blijkt dat het leerrendement in die gevallen hoog is en
gepaard gaat met plezier en voldoening. Wie leert vanuit een dergelijke motivatie
onthoudt de leerstof veel langer en verwerkt ze beter en efficiënter.
Extrinsieke motivatie, het motiveren met punten of een
bepaalde beloning, blijkt tot veel oppervlakkiger en kortstondiger kennis te
leiden. Leerlingen leren massaal uit het hoofd dat Bagdad de hoofdstad van Irak
is, reproduceren het weetje op het examen, om het vervolgens zo snel mogelijk
weer te vergeten.
Terug naar de ‘schokkende’ vaststellingen aangaande de
‘algemene’ kennis van ons onderwijzend personeel in de dop. In plaats van te
besluiten dat bepaalde leerstof niet meer wordt meegegeven – wat pertinent
onwaar is – zou men er goed aan doen om de motivatie die zich verschuilt achter het leren eens van
dichterbij te bestuderen, om eens terug te keren naar de basis van leren en exploreren, een oerdrang van de mens. Elk kind, elk mens wil leren wat hij of zij nodig heeft om volwaardig te functioneren in zijn of haar omgeving. Dat kinderen enkel leren onder dwang is nog nooit bewezen en maar al te vaak tegengesproken door ervaringen en onderzoek allerhande.
Drillen werkt. Alleen ‘vergeet’ men er bij te vertellen dat
het enkel op korte termijn werkt en vaak ten koste gaat van heel wat andere
dingen zoals leren kritisch denken, leren verbanden leggen, leren redeneren en
argumenteren, leren communiceren, maar vooral, van de zin om te leren en de
voldoening die daar uit resulteert.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten