biekesblog


dinsdag 2 april 2019

Autist!

"Ik wil volgend jaar stoppen met breakdance op woensdag." De onaangekondigde melding van de oudste slaat mij uit m'n lood. Hoezo stoppen met breakdance? Hij is gek op breakdancen. Hij doet het al bijna vier jaar en komt nu en dan trots een nieuwe, met bloed, zweet en tranen ingeoefende 'move' tonen. Hij is nog nooit met tegenzin naar de les vertrokken. Dacht ik.

"Waarom wil je stoppen?", wil ik oprecht graag weten. "Ze maken opmerkingen." "Wat voor opmerkingen?" "Als ik even niet oplet of verstrooid ben roepen ze meteen wat ik moet doen, alsof ik stom ben." "Wie doet dat?" "De andere kinderen". Het blijft even stil. Ik zoek naar de juiste woorden, in de hoop dat die bestaan. "Ik snap dat dat vervelend is. Heb je hen al eens gezegd dat je hun opmerkingen niet fijn vindt?" "Duh! Nee, natuurlijk niet. Dat helpt toch niet!" "Misschien helpt het wel. Misschien weten ze gewoon niet dat jij er last van hebt?" "Nee." Ik zucht, omdat ik het patroon herken. Als de opgeving hem niet omarmt, dan sluit hij zich af of loopt hij weg. Hij gaat niet in gesprek, hij vecht niet terug. Hij verdwijnt. Hij geeft het op. Hij ziet er de zin niet van in, van al dat communiceren en proberen. Zijn besluit staat vast.
"Zal ik eens met de leraar praten?", opper ik voorzichtig. "No way! Dan denken ze allemaal dat ik een klein kind ben!" Ik bijt op m'n tong. "Weet je, ik heb gewoon het gevoel dat ze mij niet respecteren zoals ik ben." Pijnlijke stilte. Ik zwijg. Omdat ik weet dat hij wellicht gelijk heeft.

"Waarom ben jij zo raar?" hoorde ik ooit een vriendje van een buurjongen ongegeneerd in zijn gezicht gooien. De jeugdbeweging, kampjes allerhande, schooluitstappen in groep: het viel hem niet mee. Hij wil andere dingen, hij begrijpt de gebruiken en de codes niet, hij vindt het gedoe. Hij vindt het makkelijker op z'n eentje, zonder verwachtingen die hij toch niet kan inlossen. Thuis, op school, bij z'n familie is het veilig. Daar hoeft hij niemand te zijn die hij niet is. Elders is het erop of eronder. Vaker eronder dan erop.

Ik had geen etiket nodig om te weten dat hij wat apart was. Een aparte peuter, een aparte kleuter, een apart kind en nu dus een aparte tiener. De diagnose sloeg niet in als een bom, maar bevestigde gewoon dat ik niet gek was.
"Maar hij is zo open en lief en spontaan!" roepen mensen verbaasd als ik het terloops vertel, wanneer het relevant is. Alsof ASS aan de buitenkant zit. Alsof elk kind met ASS Rainman is. Alsof hij niet gewoon hij is, en dus sowieso uniek. De clichés over autisme zijn talrijk en onnozel en doen vaak weinig ter bevordering van het collectieve begrip. Ja, hij is spontaan en openhartig. Ja, hij houdt van knuffelen en kust de mensen die hij graag ziet uit vrije wil. Ja, hij kan empathisch zijn. Ja, hij heeft humor en begrijpt ironie. Nee, hij is geen hypergefocuste nerd die alle cijfers na de komma van het getal pi uit het hoofd kent.

Sinds kort heeft hij een smartphone. In tegenstelling tot z'n leeftijdgenoten gebruikt hij die niet om te chatten, maar vooral om z'n huisdieren te fotograferen en sites vol gekke dierenfilmpjes te volgen. Terwijl ik op m'n werk zit komt er een hartje en een virtuele kus binnen in mijn Instagram-berichtenbox. Als ik thuiskom zit hij zich te bescheuren bij een filmpje van een kat die de roekeloze sprong waagt van de sofa naar de kast, en ergens tussen de twee meubels in naar beneden stort. Ik kijk net iets te lang naar hem, omdat ik het niet laten kan, omdat hij mij blij maakt.

Later wordt hij hondenoppas, zegt hij. Honden begrijpt hij, in tegenstelling tot de meeste mensen.  Bovenal lijken de honden hem ook probleemloos te begrijpen.

Ik denk dat hij zich wel redt, op zijn manier, ondanks het eeuwige en onverbeterlijke vergeten, het opgewonden fladderen en het buitensporige tateren, de blinde vlekken en de maffe obsessies. Maar het zou wel helpen als de wereld af en toe wat minder genadeloos was voor wie niet standaard is. Tot het zover is, ga ik toch maar eens met die dansleraar praten.

1 opmerking:

  1. Onze dochter wordt boswachter. Omdat de natuur haar zoveel teruggeeft wat ze op andere plekken mist.

    BeantwoordenVerwijderen