biekesblog


vrijdag 26 april 2024

Primavera

 Elisa Balsamo si riprende il trono del Trofeo Binda di Cittiglio

De enige reden voor de integrale uitzending van Milaan-San Remo is dat commentatoren weinig liever doen dan de namen Cipressa en Poggio uitspreken met een geaffecteerd accent en aanstellerig veel klemtoon op respectievelijk de tweede en eerste lettergreep, als waren ze Marcello Mastroiani in Casanova 70.

Een betere verklaring valt immers niet te bedenken, al zou het ook kunnen dat televisiezenders de weerbaarheid en creativiteit van hun wielercommentoren jaarlijks testen door hen 7 uur lang op te sluiten in een dompig hok in het gezelschap van een betweterige bijzit om aldaar te beschrijven wat er gebeurt terwijl er volstrekt niets gebeurt dat om woorden vraagt, zodat de arme zielen zich genoodzaakt zien om de kijker thuis op de hoogte te brengen van de aard van het beleg op hun wakke broodje,  de allereerste winnaar van de allereerste Milaan-San Remo of de apocalyptische weersomstandigheden waarin de editie van 2013 zich afspeelde, dingen die wij al lang weten en waar je zelfs geen quiz van de Scouts mee wint.

Zoals elk jaar verliep de fietstocht van Pavia naar Poggio zonder noemenswaardige voorvallen. Alessandro Tonelli, een renner wiens carrière in hoofdzaak bestaat uit mee zijn met de vroege vlucht in Milaan-San Remo, zat in de vroege vlucht. In het peloton werd gekeuveld, gegeten, gedronken en gegrapt. Iedereen leek het prima naar z’n zin te hebben. Verveeld telden wij witte koersbroeken, nektapijten en sporadische domme valpartijen.

Het leukste aan Milaan-San Remo is de schijn van vredigheid die ruim 250 km lang eendrachtig in stand wordt gehouden. Iedereen weet dat er oorlog komt, maar nu nog even niet. Alsof het besef van onvermijdelijkheid rust brengt.

Als wielrennen een feest is, dan is la Primavera het trouwfeest dat gemoedelijk van start gaat met beleefde interactie en schouderklopjes om ruim zes uur later  te ontaarden in een verbeten knokpartij tussen beschonken nonkels, neven en broers die per se willen blijven plakken tot alle drank op is. Als wielrennen cinema is, dan is la Classica een  film van Wes Anderson die helaas de slotscène aan Bruce Lee moest laten.

In ieder geval blijf je verdwaasd achter zonder goed te beseffen wat je nu eigenlijk hebt gezien.

Gelukkig konden wij om te bekomen op zondag naar de oudste koers op de vrouwenkalender kijken: de Trofeo Binda, die weldra haar 50ste verjaardag viert. Vrouwen doen niet zo zwaarwichtig over de historie van hun sport. Als je niet mee mag schrijven aan de geschiedenis maak je er ook geen halszaak van. Niemand debatteert over de vraag of een vrouwenkoers een monument mag heten. Wel werd er in het rond geëmmerd over de vraag waarom niet elk mannenmonument een tegenhanger voor vrouwen heeft, met name waarom er geen Milaan-San Remo voor vrouwen bestaat, alsof dat nodig is als er al een lastige en onderhoudende Trofeo Binda bestaat die men gewoon kan uitzenden en bekijken.

De laatste Belgische winnares van de Trofeo Binda was Nicole Van den Broeck, die de race won twee jaar nadat ze wereldkampioen was geworden. Ei zo na kregen we opnieuw een zege van een Belgische wereldkampioene, maar goddank kwam het niet zo ver. Anders moesten we ook nog discussiëren over waar we dat monument voor Lotte Kopecky precies gaan neerzetten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten