biekesblog


zondag 18 juli 2021

Op is op

Thomas De Gendt tot einde 2022 bij Lotto Soudal | Lotto Soudal

Hij liet het haast achteloos vallen, als iemand die meedeelt dat hij even naar de bakker gaat. Thomas De Gendt was nooit de man van het grote gebaar en de ronkende verklaring. Mensen die hard kunnen fietsen hebben weinig woorden nodig en beperken zich tot het noodzakelijke en feitelijke. "De kans is heel groot dat dit mijn laatste Tour was. Ik heb hier nog weinig te zoeken." Noodzakelijk en feitelijk of niet, mijn hart kromp even samen. Natuurlijk wist ik dat Thomas niet eeuwig zou blijven trappen, zoals schrijvers niet eeuwig blijven schrijven. Vroeg of laat, op een willekeurig en onvoorzien moment is het op. Wat er precies op is, dat is niet altijd duidelijk, maar dat “het” op is staat vast.

Thomas heeft een speciaal plekje in de koerskamer van mijn hart. Geen sterallures, maar laconieke eigenzinnigheid. Geen boodschappenlijst aan zeges, maar een verpletterende manier van winnen. Als Thomas zegevierde, kostte het vingernagels, grijze haren, tranen en sleetplekken in de parketvloer. Zijn laatste en meest ophefmakende solo in de Tour van 2019 jaagde mijn kinderen uit de voortuin naar binnen met het dringende en gegêneerde verzoek om alstublieft en in vredesnaam wat minder luid te roepen voor de buren. 

Renners komen, renners gaan. Het lot van elke renner is een definitieve eindmeet, een laatste eindstand. Nog één keer over de finish bollen en dan is het voorbij. Ik vraag me af hoe je best afstapt na een leven op, door en voor de fiets. Zwierig en vol bravoure, of traag en met zware benen en gedachten; met tegenzin en spijt, of eerder opgelucht na een jong leven vol ijver en streven?

Dat er volgend jaar een Tourpeloton van start gaat zonder Thomas is een gedachte die ik liever uit de weg ga. Maar aan eindigheid valt niet te ontkomen. Niet die van een renner die zijn lijf heeft opgebruikt. Niet die van de Tour die op z’n laatste stramme benen richting Parijs bolt. Niet die van de strijd om een gele trui die ontiegelijk vroeg in een gestreken plooi lag en alle alternatieve uitkomsten van de tafel veegde. 

 

Ook het peloton had last van de nakende eindigheid in de laatste gewone etappe. Wie nog niet scoorde hengelde naar een laatste waterkans. Slechts twintig fortuinlijke ontsnappers konden nog een paar uur dromen van de bloemen. De vluchters hadden mieren in hun broek en serveerden een wilde kermiskoers met 7 demarrages per minuut. Ik werd er een beetje duizelig van. Het was Sloveens kampioen Matej Mohoric die onverbiddelijk een einde maakte aan 19 ijdele dromen. Matej ging solo, zoals Thomas op z’n beste dagen, en snorde gezwind door de tegenwind. “Jammer, niks aan te doen”, zuchtte Jasper Stuyven met een stem die oversloeg van ontgoocheling. Nog twee keer slapen, jongens, en dan is het voorbij.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten