175,6 kilometer van Bar-Le-Duc naar Saint-Dié-des-Vosges. Een historisch lange etappe want een absoluut record. Van de UCI mag een vrouwenwedstrijd op World Tour niveau immers maximum 160 kilometer afleggen.
Mannen mogen dan weer probleemloos 250 km fietsen, de dutsen.
Nu en dan toetert er iemand zonder veel kennis van zaken dat de vrouwen niet moeten memmen over gelijke verloning en aandacht, vermist ze zich minder hard hoeven in te spannen.
Tijd voor wat duiding.
Mannen kunnen fysiek nu eenmaal wat langer en harder fietsen, met dank aan hun grotere longinhoud, een iets groter hart en meer spiermassa. Ze hebben dus gewoon een grotere motor.
Dat betekent evenwel niet dat vrouwelijke wielrenners minder intensief rijden. Integendeel. Onderzoek toont dat vrouwen over kortere afstand procentueel langer aan een hoge intensiteit trappen, met name aan 79 % van hun maximale hartslag, terwijl de mannen het wat rustiger aan doen met 69 % van hun maximale hartslag. Het verschil in vermogen blijkt beperkt: 2,8 watt per kg bij de vrouwen tov 3 watt per kg bij de mannen. Maar de Intensity Factor toont dan weer opnieuw dat vrouwen intensiever fietsen. Ook interessant is de RPE (rate of perceived exertion), die de persoonlijke ervaring van de renners uitdrukt op een schaal van 6 tot 20: die is bij vrouwen én mannen rond de 15,4 %, ook al is de lichamelijke inspanning en belasting voor vrouwen een stuk hoger.
Of lange etappes een koers interessanter maken is dan weer een andere vraag. Bij de mannen neigt de trend net naar kortere etappes, om lange en monotone aanlopen te vermijden. Niemand wil urenlang naar een groepje kansloze vluchters kijken.
Hoedanook, de grote vraag van de dag was eenvoudig: sprinten of niet sprinten. Nog voor we ons ernstig over deze kwestie konden buigen smakte een kwart peloton tegen de grond. Bloedende ellebogen, kromme fietsen, schaafwonden en verwrongen gezichten. Grootste slachtoffer: Emma Norsgaard. De ploeggenote van Van Vleuten stapte in de ziekenwagen met een verdacht scheve schouder. Asfalt maakt geen onderscheid tussen vrouwen en mannen.
Ik hield één oog op Marianne Vos, nog steeds stralend in het geel. Dag op dag tien jaar geleden werd la Vos olympisch kampioene op de spelen in Londen, na een verschroeiende aanval van ver op een kopgroep in een kletsnatte wegwedstrijd. Vijfentwintig jaar was ze, en toen al zes jaar top. Vandaag zijn we gestopt met jaren tellen. Vandaag draaide anders uit.
Even, op zeven kilometer van de meet, leken de dappere vluchters van de dag de jacht te overleven, maar toen zette Ellen Van Dijk zich op kop en dan weet je dat het voorbij is. Sprinten dus. En wie sprint zegt, zegt Wiebes. Terwijl Elisa Longo-Borghini de verkeerde afrit nam stormde het kanon van Utrecht naar de finish. Lange of korte etappe, aan Lorena is niets te doen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten