biekesblog


vrijdag 8 juli 2022

Stenen

 PARCOURS PARIJS-ROUBAIX 2021. 257,7 kilometer met 30 kasseistroken, in  ongeziene omstandigheden | Het Nieuwsblad Mobile

Liefde voor kasseien is een complexe relatie van aantrekken en afstoten, verlangen en verwensen.

Sommige coureurs zweven over de bultige stenen, anderen ploeteren hoekig en vloekend in verraderlijke gootjes. 

Koersfans die niet van kasseien houden zijn schaars als kolibrivlinders. Het is makkelijker om ergens van te houden als je er zelf niets voor hoeft te doen. 

 

Een keer per jaar vinden duizenden kasseiaanbidders hun weg naar le Nord, een regio die er op alle andere dagen bijligt als een verlaten zwerfhond op leeftijd. Slaperige dorpen waar geen café meer te vinden is schrikken op uit hun lethargie om een dokkerend peloton te zien voorbijkomen en dan weer loom in te dommelen. Vandaag wordt de orde der dingen er verstoord door het grootste wielerspektakel van de wereld.

Op het dorpsplein van Wandignies-Hamage hangen slingers die de zesdeklassers van de dorpsschool hebben geknipt en gevouwen. Niemand heeft het druk. Niemand is opgewonden of gehaast. In brasserie le Grand Cerf staat er paardenbiefstuk en kalfslever op het menu.

 

Langs de brute kasseistroken tussen eindeloze graan- en bietenvelden wachten de mensen. Iemand leest een krant. Een vrouw zwiert sla. Drie Denen zingen een voetballied. Een wielertoerist in een truitje van Boulangerie La Bergère plakt een lekke band. Een boer bemest het veld. Tour of geen Tour, de oogst gaat voor. In de verte horen wij een Vlaming Godmiljaarde roepen, zodat we weten dat Wout gevallen is. Wij oefenen in niets doen. Wij wachten. Geduld is de ultieme uiting van liefde.

Straks komt er een einde aan de gemoedelijke rust. Maar nu nog even niet.

 

Nergens zijn de consternatie en de commotie van de koers zo tastbaar als op de bestofte koppen van een groepje renners dat op achterstand en in de vernieling is gefietst door collega’s met betere benen en meer geluk. Tanden knarsen, kettingen rammelen, niemand spreekt, niemand kijkt naar ons.

Niets loopt zoals het hoort. De vroege vlucht wordt niet gepakt. De gedoodverfde favoriet raakt z’n complete ploeg kwijt maar fiets met twee vingers in z’n neus over de stenen. De beste ploeg heeft de wielergoden boos gemaakt en krijgt de ellende van drie weken in één keer over zich uit gestort. Jonas op een veel te grote fiets. Slapstick en paniek. Alles tegelijk en het stomste eerst.

Temidden van de chaos houdt Wout, redder in nood, dagelijks brood, het hoofd koel en de benen op tempo. Als een grote broer brengt hij z’n maatje terug uit de gevarenzone. ‘Volg mij, en alles komt goed.’

Maar alles kwam niet goed. Primoz Roglic, de flegmatieke malchancemagneet, verloor niet alleen vel, maar ook veel tijd en noodzakelijke moed. 

Ik hou nog steeds vurig van de Noordfranse kasseien, maar misschien moeten ze de Tour niet zo genadeloos kleuren. Misschien is één passage per jaar langs de kasseien van le Nord wel ruim voldoende.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten